Medisch-wetenschappelijke links

Hier vindt u een aantal links naar nuttige sites en bespreken we kort opmerkelijke artikelen over medisch-wetenschappelijk publiceren.

Medisch-wetenschappelijke links

Veelschrijvers

Auteurs die iedere 5 dagen een artikel publiceren? Sommigen 2 jaar op rij, anderen zelfs 4 jaar achter elkaar. John P.A. Ioannidis e.a. onderzochten hoe dit kan en beschrijven hun bevindingen in Nature. Veel van deze hyperactieve auteurs werken in de biomedische wetenschappen. Zo produceerden Rotterdamse wetenschappers die werkten aan de Rotterdam studie en de opvolger ervan, de Generation R-studie, letterlijk duizenden publicaties. De vraag is natuurlijk hoe dergelijke auteurschappen ooit zouden kunnen voldoen aan de 4 criteria van het ICMJE: de auteur moet een rol spelen in het bedenken, of uitvoeren van de experimenten of het verwerken van de resultaten; moet helpen het manuscript te schrijven of te reviseren; moet de gepubliceerde versie goedkeuren; en neemt verantwoordelijkheid voor de inhoud van het artikel.
Uit een enquête die Ioannidis e.a. hielden onder de betrokken auteurs bleek dat degenen die hierop antwoordden, in de meeste gevallen niet voldeden aan de ICMJE-criteria. Sommigen gaven toe de artikelen zelfs niet eens gelezen te hebben.
Het kan gaan om hoogwaardige wetenschappelijke publicaties, maar de bevindingen roepen in ieder geval veel vragen op over auteurschap en de naleving van de criteria voor toewijzing daarvan. In De Volkskrant schrijft Stan van Pelt: ‘Om de publicatiedrift te doorbreken is het beter als er helemaal niet meer gekeken wordt naar het aantal publicaties van onderzoekers, is Ioannidis’ voorstel. Frank Miedema en Marijtje Jongsma zijn het met hem eens. Miedema: ‘Hier moeten we vanaf. Het moet alleen nog maar om inhoudelijke kwaliteit gaan: wat heeft al dat onderzoek aan inzichten opgeleverd?”

Bibliometrie

Mooi overzicht van de ontwikkelingen in de bibliometrie (‘journalology’) in Science: de 82-jarige oud-hoofdredacteur van de JAMA, Drummond Rennie, concludeert dat veel vooruitgang is geboekt: eind jaren 60 waren artikelen volgens hem belachelijk slecht (‘anekdotes over anekdotes’). Nu is er meer transparantie, meer registratie van onderzoeken en o.a. het ICMJE en CONSORT stimuleren de kwaliteit van publicaties. Toch moeten we blijven ‘knijpen in de ballon’, want onderzoek waar een luchtje aan zit, zoekt altijd wel een uitweg
.

Jaaroverzicht wetenschappelijke uitgevers

Op zoek naar een goed overzicht over wetenschappelijk publiceren? De International Association of Scientific, Technical and Medical Publishers publiceerde 9 oktober 2018 de 50ste editie van het STM-rapport ‘An overview of scientific and scholarly publishing’. Goed om te weten dat de gezamenlijke Engelstalige wetenschappelijke uitgevers in 2017 naar schatting 10 miljard dollar winst maakten (in 2008 nog 8 miljard), bij een geschatte omzet van 25,7 miljard dollar. Medische informatie is goed voor 13 miljard dollar omzet. Naar schatting werken er zo’n 110.000 mensen in de uitgeefwereld, van wie 40% in de EU. Daarnaast zijn er 20-30.000 freelancers actief voor de uitgevers. In totaal zijn er 33.100 wetenschappelijke gepeer-reviewde Engelstalige tijdschriften actief en  maar liefst 9400 niet-Engelstalige. Samen publiceren die meer dan 3 miljoen artikelen per jaar.
Onderzoekers lazen 250 artikelen per jaar, medici lezen iets meer, hun collega’s in de geesteswetenschappen en de sociale wetenschappen  iets minder. De gemiddelde leestijd per artikel is wat teruggelopen, tot iets meer dan 30 minuten.
De opstellers van het rapport bezien de opkomst van preprints en preprintservers met enige zorg: dit kan een potentiële bedreiging zijn voor hun businessmodellen.

Video’s

En nog een video: Joost Drenth, jarenlang hoofdredacteur van het NTvG, geeft een interessante presentatie over wetenschappelijk publiceren. Aanbevolen.

  • YouTube-video van de redactie van BMJ, waarin zij aanwijzingen geven hoe je als auteur de kans op publicatie kunt vergroten.
  • Bent u gevraagd als referent voor een biomedisch tijdschrift? Gefeliciteerd! In de gids Peer review: the nuts and bolts vindt u een praktische introductie. Geschreven door jonge onderzoekers, tijdschriftredacteuren, journalisten en medewerkers van onderzoeksorganisaties. Dit is een uitgave van de Britse organisatie Sense about Science, die werkt aan beter begrip van wetenschap bij het algemene publiek: ‘making sense of scientific and medical claims in public discussion’.

    Diverse links

  • Schrijft u mee aan een systematische review? Nodig dan vooral een bibliothecaris of andere informatiespecialist uit als coauteur. Zulke medeauteurs dragen bij aan een significant hogere kwaliteit van de literatuurzoekactie. De zoekactie wordt beter gedocumenteerd – en daardoor beter reproduceerbaar – en de review als geheel voldoet aan meer kwaliteitscriteria. Op die manier kunt u bias beperken.
  • Schrijft u mee aan een oorspronkelijk artikel? In deze presentatie over de IMRAD-structuur vindt u een aantal vragen die iedere auteur zich zou moeten stellen.
  • Wat is een goede titel? De hoofdredacteur van Journal of the Norwegian Medical Association legt het helder uit. De beste titel beschrijft met zo weinig mogelijk woorden zo duidelijk mogelijk de inhoud van het artikel. In hetzelfde tijdschrift verscheen ook een kort onderzoek over de voorspellende waarde van de titel – voor acceptatie van een artikel. Meer over ‘pakkende’ titels in onze bijdrage ‘Prikkelend publiceren moet juist niet‘.
  • In de JAMA verscheen in maart 2014 een beknopt overzicht van 15 jaar International Congress on Peer Review and Biomedical Publication: van de ruim 600 abstracts leidden er bijna 300 tot een publicatie. De auteurs concluderen dat ondanks de grote invloed op biomedisch publiceren, de methoden van peer review nog steeds te weinig onderzocht worden. In een bijbehorend redactioneel bespreken Rennie en Flanagin het onderzoek naar peer review en publiceren, onder het motto: ‘voortzetting van de zoektocht naar kwaliteitsverbetering van onderzoeksverslaglegging’. In hetzelfde nummer ook een vergelijking van de gegevens van geregistreerde trials met de uiteindelijke publicaties, met de conclusie: ‘er is ruimte voor verbetering’. Daarnaast een onderzoek naar afgebroken gerandomiseerde gecontroleerde trials (RCT’s). Een kwart van de RCT’s werd afgebroken, meestal door slechte werving  van deelnemers. De RCT’s met als sponsor de farmaceutische industrie en grotere trials werden minder vaak voortijdig afgebroken. Eventuele resultaten van afgebroken RCT’s vinden we minder vaak terug in wetenschappelijke tijdschriften.
  • De Engelstalige internationale editie van Deutsches Ärzteblatt begon in 2009 met een serie over het beoordelen van wetenschappelijke artikelen en methodologie. Inmiddels omvat de serie 20 artikelen, waarin experts op zeer toegankelijke wijze opzet van publicaties en methoden bespreken.
  • Het NTvG is bezig met het publiceren van een reeks over methodologie.
  • Goede redactionele bewerking verbetert aantoonbaar de kwaliteit van teksten. Dit bleek uit een van de weinige onderzoeken naar het effect van de gezamenlijke inspanningen van hoofdredactie, referenten en redacteuren van het NTvG. De conclusie luidde: ‘De redactionele bewerking gaf verbetering van 11 van de 16 onderdelen, waarbij de stijl en de leesbaarheid sterk verbeterden’. Dit artikel vormde ook onderdeel van een cochrane-review naar het effect van technische redactionele bewerking. Auteurs Wager en Middleton vonden niet veel onderzoek hiernaar. Toch kunnen zij concluderen dat er “enig bewijs is dat het ‘pakket’ van technisch redigeren bij biomedische tijdschriften de artikelen verbetert.”
  • The Lancet publiceerde eerder twee nuttige artikelen over kwalitatief medisch-wetenschappelijk onderzoek.
  • Een leerzaam artikel in JAMA legde de vinger op de te rooskleurige voorstelling van niet-significante onderzoeksbevindingen in gerandomiseerde gecontroleerde trials (zie ons bericht hierover). In de bijlage van dit artikel vindt u fraaie voorbeelden; leerzaam voor auteurs en redacteuren.
  • Een vervolg op dit artikel in PLOS Medicine illustreert hoe de begeleidende persberichten de bevindingen nog verder oppoetsen. Leerzaam voor wetenschapsjournalisten, redacteuren en auteurs.
  • Een interessante site over wetenschappelijk publiceren is The Scholarly Kitchen (‘What’s hot and cooking in scholarly publishing’). De site is een initiatief van de Society for Scholarly Publishing.
  • Groepsauteurschap: in steeds meer artikelen zien we een groep als medeauteur. Dit kan onduidelijkheid geven: zijn de leden van de groep ook echt auteurs? Of wordt het artikel mede ”namens de groep” geschreven? Wie zich in de regels hierover wil verdiepen, verwijzen we graag naar de CSE Recommendations for Group-Author Articles in Scientific Journals and Bibliometric Databases.

Medisch-wetenschappelijke handboeken

Hier vindt u een korte bespreking van de betere handboeken voor medisch-wetenschappelijke redacteuren en auteurs.

Medisch-wetenschappelijke handboeken

Handbook EASE, 2de druk
Handbook EASE, 2de druk

Science Editors’ Handbook

De European Association of Science Editors (EASE) is een vakvereniging voor redacteuren en uitgevers van wetenschappelijke uitgaven. Interessante uitgaven zijn het tijdschrift European Science Editing (een half jaar na publicatie vrij te downloaden voor niet-leden) en het Science Editors’ Handbook, waarvan in 2013 een nieuwe versie is uitgekomen.

Oud-KNMP-redacteur Arjan Polderman is een van de redacteuren van deze uitgave. Deze 2de druk telt 56 hoofdstukken, verzorgd door internationaal erkende auteurs, en beslaat ruim 230 bladzijden op royaal formaat.

Met een praktische sectie over allerlei aspecten van het redactiewerk, een sectie over nomenclatuur en terminologie en adviezen voor redactioneel beleid tot een sectie over peer review, over ethische vragen en over technische aspecten van het publiceren en het promoten van wetenschappelijke tijdschriften is dit handboek weer helemaal up-to-date.

Op de site van EASE vindt u veel tips en checklists voor auteurs, peer-reviewers en redacties.

Scientific style and format
Scientific style and format

Scientific Style and Format

Interessant is de Council of Science Editors (CSE). Hun blad Science Editor is na 1 jaar vrij te raadplegen voor niet-leden. CSE verzorgt een zeer compleet handboek: Scientific Style and Format. In 2014 verscheen de 8ste editie, die inmiddels 840 pagina’s telt. U kunt een papieren boek kopen, maar ook te overwegen is een abonnement op de online-editie. Papier of online, we kunnen deze uitgave sterk aanbevelen aan redacteuren en auteurs. Henk Walvoort was al zeer lovend over een eerdere druk van dit boek:

‘Uniformiteit in spelling en aanduiding van wetenschappelijke fenomenen komt niet alleen de overdracht van wetenschappelijke informatie zeer ten goede, het is zelfs een absolute voorwaarde voor efficiënte informatieoverdracht.

Wie wel eens een artikel of een hoofdstuk in een leerboek heeft geschreven, kent de twijfel over de juiste schrijfwijze: moet in het oncogen c-myc de eerste c nu wel of niet cursief (niet), wordt de molecuulmassa nu uitgedrukt in kD of in kDa (het laatste) en moet de 4 van T4 nu in de regel of inferieur? (mag allebei).

[…] het handboek […] geeft op veel van deze vragen, zo niet op alle, een beargumenteerd antwoord. […] Het is dan ook een goede hulp voor schrijvers en onmisbaar voor redacties.’

AMA Manual of Style

AMA Manual of Style

Ook zeer informatief en compleet is het handboek van de JAMA-redacteuren: de AMA Manual of Style. A Guide for Authors and Editors (11de editie verscheen april 2020). Over alle aspecten van het redactionele proces vindt u hier complete informatie. Indienen van een manuscript, peer review, redigeren en drukproefcorrectie, het komt allemaal aan bod in ruim 1300 bladzijden.

Veel praktische informatie (tabellen en figuren, afkortingen, eenheden en nomenclatuur), maar ook uitgebreide informatie over ethische aspecten van publiceren (copyright, strijdige belangen, verantwoordelijkheid, embargo en overdrukken).

Het boek staat ook geheel online en de site biedt ook enkele vrij toegankelijke diensten, o.a. een handige tool voor het omrekenen van SI-eenheden en laboratoriumwaarden.

John Kirkman: Good style. writing for science and technology
John Kirkman: Good style. Writing for science and technology

 John Kirkman: Good style

John Kirkman geeft al jaren cursussen en workshops over beter schrijven voor biomedici en technici. Tijdens deze cursussen legt hij deelnemers tal van voorbeelden voor en vraagt naar hun voorkeuren. Mede op grond daarvan geeft hij in Good style sterke adviezen voor een heldere stijl.

Links | Taalkundige links

Taalkundig advies? Kies een goede adviseur
Taalkundig advies: laat u niet het bos insturen

Evidence-based redigeren?

U wilt uw Nederlandstalige biomedische manuscript zo goed mogelijk aanleveren, maar u twijfelt over een taalkundige kwestie? U kunt ons altijd benaderen met specifieke vragen; we adviseren u graag.

Hoe beter u zelf uw manuscript aanlevert, hoe meer de uiteindelijke formuleringen overeenkomen met uw eigen keuze. Een goede redacteur zal bij zijn of haar bewerking standaard streven naar oplossingen waar zowel auteur als lezer mee gediend is. Alle redactionele wijzigingen zijn zo veel mogelijk gebaseerd op regels en evidence. Aanpassingen ‘omdat iets mooier is’, zijn immers moeilijk te verdedigen.

Daarom zijn onderstaande bronnen nuttig om zo veel mogelijk ‘evidence-based’ te redigeren en te schrijven. Schrijf je bijvoorbeeld: ‘Sommige van de onderzochte patiënten’ of ‘Sommigen van de onderzochte patiënten? In onderstaande taalkundige links vindt u het antwoord.

Nuttige taalkundige links

  1. Zit het Groene boekje niet in uw tekstverwerker? Zet dan de Woordenlijst Nederlandse Taal in ieder geval in uw internetfavorieten.
  2. Verder is het aan te bevelen om de digitale versie van Van Dale Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal op uw pc te installeren.
  3. Onmisbaar voor medische auteurs en redacteuren is een pc-versie van Pinkhof Geneeskundig Woordenboek. Voor de liefhebbers is er ook een app beschikbaar. Pinkhof geeft uitgebreide beschrijvingen en taalkundige toelichting. Superspecialisten zullen niet altijd alle vaktermen erin vinden, vooral de nieuwste (nog) niet.
  4. Een van de betere sites voor taaladviezen is volgens ons die van Taalunieversum (van de Nederlands Taalunie): http://taaladvies.net/
  5. Goede tweede is de rubriek Taaladvies van Onze Taal. Ook hier is het moeilijk een vraag te bedenken die nog niet in de archieven is opgenomen: http://www.onzetaal.nl/taaladvies
  6. Voor de liefhebber is er de Elektronische ANS of Algemene Nederlandse Spraakkunst. Hier vindt u een compleet overzicht van grammaticale verschijnselen in het Nederlands, met adviezen over vormen die wel of niet zijn toegestaan. In het zoekvenster kunt u ook zoeken op vrije tekst, dus als u een voorbeeldzin invoert, vindt u vaak wat u zoekt: http://ans.ruhosting.nl/e-ans/index.html